Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [22]de eenhoornen zullen [23]met hen [24]afgaan, en de varren met [25]de stieren; en [26]hun land zal doordronken zijn [27]van het bloed, en hun [28]stof zal [29]van het smeer vet gemaakt worden. 22. Dat is, de machtigen en hoogverhevenen, die boven alle anderen in wreedheid uitsteken in het vervolgen der godzaligen. 23. Te weten met de lammeren en bokken, vs.6. 24. Te weten ter slachting. 25. Zie Ps.22:13. 26. Te weten der Edomieten land, waarvan boven vs.6 gesproken is. 27. Te weten der verslagen eenhoornen, varren en stieren. Vergelijk hiermede Openb.19:21. 28. Dat is, hunne aard, of aardrijk. 29. Te weten dat uit de verslagenen vlieten zal.